Maddy Smeets

Maddy is gynaecoloog in het Haaglanden Medisch Centrum en oprichter van het expertise centrum ‘Endometriose in balans’.

Beknopte biografie:

1958

1977-1985

1986-1991

1991-heden

2008

2017-heden

geboren in Maastricht

studie Geneeskunde, LUMC

AIOS gynaecologie, LUMC en HAGA ziekenhuis

gynaecoloog, HMC Bronovo

opleiding Mediation, Utrecht

medisch directeur van expertise centrum ‘Endometriose in Balans’, HMC Bronovo


Ik ontmoet deze powervrouw in een lunchroom in Den Haag waar zij met haar vrolijke kleding en brede lach, haar interessante levensverhaal vertelt.

Wat vond je van de studie Geneeskunde?

Ik ben geboren in Maastricht en wilde altijd al graag Geneeskunde studeren. Nadat ik één keer ben uitgeloot werd ik het jaar daarop alsnog ingeloot voor de studie aan het LUMC. Ik had een heerlijke studententijd en ik kon lang over mijn studie doen – toen nog wel! Ik heb gedurende de opleiding samen met een studiegenoot een halfjaar onderzoek gedaan naar tinea capitis in Kenia. We reisden dorpen af en brachten lokale families in beeld. Dat was een fantastische ervaring. 

 

Waarom heb je gekozen voor de gynaecologie? 

Het heelkunde coschap vond ik fantastisch door alle actie. De sfeer en het praktische aspect beviel me goed, maar er was naar mijn mening te weinig aandacht voor de mens. Het ging om ‘de blinde darm op bed vier’. Tijdens mijn coschap gynaecologie in het Haga Ziekenhuis kwam alles samen. Het hands-on aspect van het vak, de actie, maar ook de aandacht voor de mens erachter. Je bent tenslotte bij de life-events van mensen aanwezig en het is fascinerend om te zien hoe mensen hier mee omgaan. 

 

“Tijdens een bevalling zie je voor mijn gevoel de mens in zijn puurste vorm.“

 

Hoe ben je in opleiding gekomen?

In augustus 1985 ontving ik mijn bul en in september zou ik op vakantie gaan. Die dag belde een arts-assistent gynaecologie mij vanaf het Haga Ziekenhuis en vroeg waarom mijn brief in hemelsnaam niet tussen de stapel met sollicitatiebrieven lag. Ik dacht: ‘Jeetje, moet ik daar nu al over nadenken?’ Uiteindelijk heb ik die avond toch nog een sollicitatiebrief geschreven en na terugkomst van vakantie hoorde ik dat ik op gesprek mocht komen. Vervolgens had mijn sollicitatiegesprek een gekke start. Ik kwam terecht bij een hoogleraar en ik kon me nauwelijks focussen op het gesprek omdat mijn aandacht werd getrokken door zijn mooie ogen. Ik had een totale black-out en vertelde dat ook aan de hoogleraar. Vervolgens ben ik opgestaan en ben ik de deur uitgelopen, om even later weer aan te kloppen om het opnieuw te proberen. Ik dacht, erger dan dit kan het niet worden. Die rare start maakte echter ook dat ik helemaal mezelf was. Uiteindelijk heeft dat wel geholpen, want ik werd aangenomen!

 

Wat vond je van de opleiding gynaecologie?

Tijdens mijn opleiding waren er in het academische ziekenhuis nog particulieren patiënten die alleen werden gezien door stafleden en hoogleraren. Wij zagen, als AIOS, alleen de ziekenfondspatiënten. Ik maakte werkweken van honderd uur en fysiek was dat zwaar. Door de vele uren in het ziekenhuis had ik wel snel veel ervaring en maakte ik op de verloskamers bij veel vrouwen de gehele bevalling, van begin tot eind, mee.

 

Destijds ging je ook direct de dienst in, niet gehinderd door enige ervaring! De supervisie liet dan wel eens te wensen over. Bij een kind met meconiumhoudend vruchtwater en een bagger CTG weigerde mijn baas in huis te komen. Daardoor moest ik de vacuümpomp hanteren met behulp van de instructies van de verpleging. Bij een andere bevalling met een doodgeboren kind, had ik mijn baas in huis gebeld voor de begeleiding van de ouders omdat ik zelf erg ontdaan was. Het enige wat hij deed was de kamer inlopen, in de wieg kijken en tegen de ouders zeggen: “ja, dat kind is dood”. Daarvoor had ik hem natuurlijk niet in huis geroepen! In die tijd werd er nauwelijks aandacht besteed aan communicatieve vaardigheden en het oefenen van slecht nieuws gesprekken. In dat opzicht is er veel verbeterd. 

 

Er zijn meerdere ervaringen geweest die me bij zijn gebleven, omdat ze zo ongelooflijk onder de menselijke maat waren. Ik vind dat we te snel vergeten dat we een eed hebben afgelegd, waarvan de eerste alinea zegt dat wij de mens niet zullen schaden. Of we überhaupt goed doen, is nog een hele andere vraag. Goed doen is niet alleen de juiste techniek of het juiste medicijn - het gaat om de bejegening: mensen moeten zich gehoord voelen en de tools aangeboden krijgen om zichzelf te redden.

 

Waar ben je gaan werken na je opleiding tot gynaecoloog?

Na mijn opleiding ben ik gevraagd om in het Bronovo ziekenhuis te komen werken. Het was toen nog een klein perifeer ziekenhuis, maar ze hadden de ambitie om te groeien en de opleiding binnen te halen. Mijn eerste keizersnede in het Bronovo was spannend. Tijdens je opleiding stond je op de operatiekamer immers altijd onder supervisie te opereren en nu moest ik het alleen doen. Daarnaast was ik de eerste vrouwelijke operateur op de operatiekamer.

 

“Ik herinner me dat de keizersnede goed ging en de anesthesioloog zei: “Bel dat bloed maar af. Ze kan toch wel iets.”

 

We waren ook de eerste gynaecologen in een perifeer ziekenhuis die begonnen met minimaal invasieve chirurgie. Er gingen bij ons arts-assistenten weg die tijdens hun opleiding zelfstandig drieëntwintig keer een laparoscopische hysterectomie hadden gedaan. Dat hadden nog maar heel weinig gynaecologen in Nederland gedaan. Wij liepen in deze ontwikkeling voorop. Dat was ontzettend leuk en maakte onze arts-assistenten enthousiast.

 

Waarom ben je naast je werk als gynaecoloog ook bestuurlijke functies gaan bekleden?

Ik realiseerde me dat ik met alleen dokter zijn het systeem nooit zou veranderen en verbeteren. Stilstaan voelt voor mij als achteruitgang en ik ben altijd gemotiveerd om verbeteringen door te voeren. De realisatie dat er nog maar weinig geregeld was op hoger managementniveau stimuleerde die ambitie nog meer. Het ziekenhuis ging over op duaal management, waarbij een verpleegkundig- en een medisch manager de leiding namen. Dat was een goed moment om mijn rol te pakken en samen met de verpleegkundig manager vormden ik een gouden duo. We begonnen met een grote verbouwing van de verloskamers en creëerden een kinderafdeling speciaal ingericht voor kinderen. Voor het eerst was er een duidelijke visie en strategie voor de toekomst. Onze afdeling werd zo succesvol, dat we de grootste afdeling van het ziekenhuis werden.

 

Vanuit deze florerende afdeling ben ik doorgegroeid naar stafvoorzitter van de Vereniging van Medische Specialisten. Dit heeft mij veel geleerd over de machtsverhoudingen binnen een ziekenhuis. In mijn ervaring moet de driehoeksverhouding tussen de Raad van Toezicht, Raad van Bestuur en de medische staf in evenwicht zijn. Als deze driehoek sterk is, dan zal hun visie en de strategie in alle lagen doordringen, waardoor je een organisatie krijgt waar alle medewerkers trots op kunnen zijn.

 

Waarom ben je begonnen met het opzetten van een expertisecentrum voor endometriose?

We zagen steeds vaker patiënten met diepe endometriose die we moesten verwijzen naar endometriose centra in Leuven of Straatsburg. Ik vond het dramatisch om te zien hoe deze patiëntenpopulatie in Nederland in de kou stond. Het is een hele nare chronische ziekte, die vaak pas laat gediagnosticeerd wordt en een grote impact heeft op het dagelijks leven van deze vrouwen maar ook voor de maatschappij.

 

Op een congres kwam ik de Britse gynaecoloog Jim English tegen, die gespecialiseerd is in het opereren van endometriose. In 2012 maakten Johann Rhemrev en ik het plan om ons eigen expertisecentrum op te zetten en Jim English daarvoor naar Nederland te halen. Doordat endometriose in de gehele buik aanwezig kan zijn, met betrokkenheid van meerdere organen, is de behandeling complex. We wisten dat we een multidisciplinair team nodig hadden met niet alleen gynaecologen, maar ook chirurgen, urologen, seksuologen, diëtisten, bekkenbodemfysiotherapeuten en afgevaardigden van de patiëntenvereniging. 

 

In 2014 was de businesscase af maar werd het project, vanwege de fusie, in de koelkast gezet. Ik heb veel moeten onderhandelen met verschillende partijen om het expertisecentrum te realiseren. Uiteindelijk hebben wij door steun van de zorgverzekeraar Zilveren Kruis Achmea onze droom werkelijkheid kunnen maken. Op 15 maart 2017 was de feestelijke opening van ‘Endometriose in Balans’ door Koningin Máxima.

 

Wat is zo bijzonder aan ‘Endometriose in Balans’?

Ik ben er heel trots op dat wij een holistisch centrum zijn voor endometriose, waarbij we ons niet alleen op de ziekte richten, maar op de hele mens. Het intakegesprek duurt één uur en we stellen ons op als adviseur en coach. In het centrum krijgen patiënten vanaf het eerste consult de regie. We organiseren veel ‘lotgenoten contacten’. Een voorbeeld hiervan is onze maandelijkse bijeenkomst voor alle vrouwen die we die maand gaan opereren. Bij deze bijeenkomst is ook een ervaringsdeskundige aanwezig. Daarnaast geven onze diëtisten en psychologen verschillende workshops. 

 

Goed luisteren naar de patiënt is een krachtig instrument. Ik zeg wel eens tegen de coassistent dat ik helemaal geen MRI of CT nodig heb. Ik weet al precies waar de endometriose zit door de anamnese. We hebben gespecialiseerde verpleegkundigen die precies vragen wat ik wil weten en daarna doe ik vaginaal onderzoek, een echo en soms een MRI-scan. Met onze workflow en alleen onze klinische blik kunnen we in 93% van de gevallen de diagnose van diepe invasieve endometriose stellen. Met alleen een MRI-scan kun je slechts 80% juist diagnosticeren! De MRI scan gebruiken we wel vaak als aanvulling in het preoperatief traject om de lokalisatie goed in beeld te brengen.

 

Hoe heb je werk en privé gecombineerd?

Op het moment dat ik solliciteerde voor de opleiding tot Gynaecoloog, solliciteerde mijn man voor het zgn. klasje van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Toen ik werd aangenomen voor de opleiding, heeft mij man het Ministerie gebeld om te vragen of zijn eerste post als diplomaat in Nederland kon zijn, zodat we samen konden blijven totdat ik mijn opleiding had afgerond. Dit was absoluut geen optie. Destijds was de vrouw van een diplomaat ‘de vrouw van… ’. Hij heeft hierop in de derde ronde van de sollicitatieprocedure van de baan afgezien en is overgestapt naar het Ministerie van Economische Zaken.

 

Als jonge gynaecoloog is een periode geweest dat ik, vanwege twee zieke collega’s, om de dag dienst had, zonder compensatie. Ik had inmiddels een dochter gekregen, maar ik was meer op werk dan thuis. Als ik weer opgepiept werd zei mijn man altijd tegen onze dochter: ‘Mama moet voor de zieke mensen gaan zorgen.’ Toen ik een keer terugkwam van mijn dienst had mijn dochter de hele trap vol gezet met knuffels; ‘Ze zijn allemaal ziek mama!’ 

 

Na twaalf jaar is mijn man alsnog voor het Ministerie van Buitenlands Zaken gaan werken en daar heeft hij meerdere functies bekleed. Hij is onder andere ambassadeur in Bangkok geweest. Toen hij in het buitenland zat ging ik iedere 3 weken naar hem toe. Dan zat ik vaak van woensdagmiddag tot zondagavond in Bangkok. Hij spaarde alle officiële diners en activiteiten op, zodat ik hem kon vergezellen naar deze mooie gelegenheden. Het was een hele bijzondere wereld om er bij te hebben. Maandagochtend stond ik dan gewoon weer op OK. In 2016 is er blaaskanker bij hem geconstateerd en negen maanden later is hij, helaas veel te jong, overleden.

 

Wat is je ambitie voor de toekomst?

Ik wil graag voor een nog grotere groep vrouwen wat betekenen. Ik doe dit onder andere als voorzitter van de Female Cancer Foundation en in de toekomst wil ik uitbreiden met meerdere endometriose centra. Een ander doel is om deze centra helemaal groen te maken. Wist je dat 7% van alle CO₂-voetafdruk in Nederland veroorzaakt wordt door de gezondheidszorg?

 

“Ik doe drie soorten endometriose operaties. Door de fabrikant drie complete kits te laten maken bespaar ik heel veel verpakkingsmateriaal. Ik hoop dat we in de zorg veel meer gaan doen met onze impact op het milieu.” 

 

Een mooie TED talk over dit onderwerp is ‘Can hospitals heal our enviromental illness’ van Gary Cohen. Een goed boek over relatief eenvoudige dingen die je in je privéleven kan aanpassen om milieubewuster te zijn is ‘De verborgen impact’ van Babette Porcelijn.

 

Heb je tips voor jonge dokters?

Het is voor mij het allerbelangrijkste geweest om een ondersteunende partner te hebben. Hij heeft het mogelijk gemaakt dat ik kon doen wat ik dacht dat ik moest doen. Hij maakte mij heel veel mooier. Waar ik pragmatisch was, was hij heel empathisch en beschouwend. Als dokter moet je goed in je vel zitten, ook sociaal, anders kan je geen goede dokter zijn. Mijn moeder leerde me dit al vroeg: ‘Als ik niet lief ben voor mezelf, kan ik ook niet lief zijn voor anderen’.

 

Commentaren: 1
  • #1

    wouter muijs van de moer (maandag, 17 juni 2019 10:03)

    Alleen de biografie is al een boek vol levenswijsheid, charme en kwaliteit. Topvrouw!